ABIS Infor - 2012-01
"Ex Cathedra" versus "Hands On"
Samenvatting
"Ex Cathedra" lesgeven, traditioneel de gebruikelijke manier van lesgeven, is noch de enige manier van kennisoverdracht, noch de beste, noch de slechtste. Een "Hands On" benadering heeft ook zijn voor- en nadelen. Bij ABIS gebruiken we een gezonde mengeling van beide.
"Ex Cathedra"
Aangezien je meer dan genoeg definities van "Ex Cathedra" lesgeven terug kan vinden, geven we graag een korte omschrijving hoe wij dit bij ABIS zien. Voor ons betekent dit het lesgeven waarbij de docent zich vooraan een groep cursisten bevindt, en hij de leerstof op een gestructureerde, doch redelijk afstandelijke wijze overbrengt. Het maakt niet uit welke technische hulpmiddelen hij hierbij gebruikt: projecteren van vooraf aangemaakte presentatie, gebruik van whiteboard, al dan niet ondersteund door cursusteksten of boeken voor de cursisten, en al dan niet aangevuld door demo's. Het gegeven blijft dat hij de cursus op theoretische wijze aanbrengt. Het ultieme (slechte) voorbeeld hiervan is de docent die de cursus voorleest zonder enige afwijking.
De voordelen hiervan zijn een zeer gestructureerd overzicht dat het volledige spectrum van het onderwerp overloopt. De nadelen bestaan eruit dat de cursist zelf de relevantie van al het geziene moet toepassen naar zijn eigen praktische werkomgeving, en dat het niet altijd evident is voor een cursist de aandacht bij de les te houden.
"Hands on"
Het andere uiteinde van het spectrum is een zeer praktische cursus, waarbij de theorie aan de hand van oefeningen wordt aangeleerd. De docent nodigt alle deelnemers uit al doende de te ziene stof onder de knie te krijgen. De structuur en aanpak van de cursus worden als het ware gestuurd door de deelnemers zelf. Door in te gaan op hun bekommernissen, zich toe te spitsen op de praktische toepassingen van het onderwerp waar een cursist mee te maken heeft, ziet zo'n cursus er iedere keer anders uit. Dit gaat ook gepaard met het uitwerken van oefeningen die voor de cursist zeer herkenbaar zijn, en een voorbijgaan aan die onderwerpen die geen onmiddellijk praktisch nut hebben voor deze groep deelnemers.
De voordelen van deze aanpak zijn een grondige inoefening van de praktisch kant van het onderwerp, zelfs specifiek toegespitst op de eigen werkomgeving, en een zeer grote betrokkenheid van de deelnemer bij het verloop van een cursus. De nadelen bevinden zich dan voornamelijk op het ongestructureerd karakter van de cursus, waarbij het zelfs kan gebeuren dat delen van de stof niet behandeld worden.
Een gezonde mengvorm
Voor ons bij ABIS is het altijd een vanzelfsprekendheid geweest dat we beide vormen verwerken in al onze cursussen.
We zijn ervan overtuigd dat een gestructureerd verhaal dat door de docent op een evenwichtige manier wordt naar voor gebracht, een zeer efficiënte manier van kennisoverdracht is. Een goede cursustekst is hierbij een essentiële leiddraad, niet alleen tijdens het lesgeven, maar ook bij het naderhand onderhouden van de kennis. Het biedt een kapstok aan cursisten om de geziene stof te memoriseren, maar ook een hulpmiddel voor de docent om geen facet van de te ziene stof te over te slaan. In onze ogen is elke overdracht van theoretische kennis onvermijdelijk gedeeltelijk "Ex Cathedra".
Evident wil dit niet zeggen dat we als docent niet open staan voor bemerkingen en vragen. Het is de plicht van een docent om voorbeelden zo aan te passen dat elke cursist de theorie begrijpt. Bij ABIS trachten we dit te bereiken door zelfs aan onze meest theoretische cursussen een reeks oefeningen toe te voegen. Deze kunnen dan gebruikt worden door de docent als demonstratie materiaal en door de cursisten om zich de theorie op praktische wijze eigen te maken.
Verder zijn we van mening dat een cursus soepel genoeg moet zijn om in te gaan op de specifieke bekommernissen van de deelnemers. Daarom kan de mate van aandacht die we spenderen aan een bepaald onderdeel, sterk variëren van groep tot groep. Daarnaast staan we er ook op om, al dan niet op individuele basis, de praktische toepassingen samen met de cursisten uit te voeren. Dit kan zijn door op klassikale wijze een probleem uit te werken, dit kan zijn door tijdens en na de oefeningen bemerkingen te geven, dit kan zijn door samen met de cursisten door hen geleverd materiaal te analyseren.
De ABIS-methode
Deze aandacht voor een gezonde mengvorm, is een intrinsiek onderdeel van al onze cursussen. De theorie zal inderdaad gezamenlijk overlopen worden in een klassikaal model, maar dit zal niet gebeuren op een ongenaakbare manier. De docent blijft aanspreekbaar, onderbreekbaan en zal zich aanpassen aan het tempo van de groep. Dit wordt steeds gekoppeld aan een grote dosis oefeningen waarbij de docent geen opzichter, maar ware begeleider is.
Samen met onze visie op kennisoverdracht (zie ABIS Infor nr. 1), bieden onze cursussen niet alleen een aangename, maar ook leerrijke ervaring; een ervaring waarbij je na de cursus nog steeds de geziene stof kan plaatsen en - wat nog belangrijker is - toepassen in de eigen werkomgeving.